De mierikswortel is de witte wortel van de mierik: een plant met witte bloemen die in het wild groeit maar ook als tuinplant wordt gebruikt. De smaak van de mierikswortel lijkt op die van mosterd of radijs: lekker pittig! Mierikswortel is rijk aan vitamine C.
Mierikswortel werd bij de oude Grieken al gebruikt als smaakmaker. Ook in de Joodse keuken wordt het veel gebruikt, bijvoorbeeld bij het Paasdiner. Het Japanse ‘zusje’ van mierikswortel is wasabi, een variant die nog veel pittiger smaakt.
Geraspte mierikswortel is heerlijk door yogonaise of magere kwark of in salades, bijvoorbeeld met rode biet of aardappels.
Je kunt er ook een saus van maken. In landen als Duitsland en Groot-Brittannië is mierikswortelsaus niet van het menu weg te denken. Mierikswortel wordt daar veel gegeten bij vis (Duitsland) en rosbief (Groot-Brittannië).
MIERIKSWORTELSAUS:
Neem hiervoor 1 eetlepel geraspte mierikswortel en meng deze met 1 eetlepel mosterd, 1 uitje, 2 tenen knoflook, 3 eetlepels mayonaise, 3 eetlepels yoghurt. Roer alles goed door elkaar en breng op smaak met zout en peper. Smullen!
